Inhoudsopgave:

• Inleiding
• Algemene uitgangspunten
• Principe uitspraken
• Analyse op detailniveau
• “JA”, non-courses toegestaan in Brightspace
• “JA”, non-courses toegestaan in Brightspace onder voorwaarden
• “Nee”, non-courses niet toegestaan in Brightspace

In dit advies is getracht om vooral ook algemene uitgangspunten te hanteren.

Een aantal korte noten vooraf:

1. Het gebruik van MS Teams is enorm toegenomen. M.n. voor samenwerkomgevingen (die voorheen vaak in Blackboard waren opgenomen) is MS Teams als hét alternatief gepositioneerd.
2. Non-courses zijn in feite afwijkingen op de gebruikelijke afspraken. Dat betekent dat aanvullende spelregels nodig zijn om deze specifieke groep cursussen te beheren. Deze hebben te maken met het aanvragen, inschrijven van cursisten en het beëindigen en verwijderen van de cursus.
   1. Non-courses mogen alleen worden aangevraagd door LMS/ICTO coördinatoren van de faculteit.
   2. Een interne check wordt verwacht van de facultaire LMS/ICTO coördinatoren om te controleren of de aanvragen voldoen aan de hieronder beschreven richtlijnen.
   3. Het beheer, inclusief het zorgdragen voor tijdige verwijdering, van de non-courses valt onder de betreffende faculteit. Inschrijvingen van gebruikers kunnen in bulk worden aangevraagd bij FB SOZ of er wordt gebruik gemaakt van de self-enrollment-tool Discover.
   4. Het dringende advies is om aan elke course altijd een einddatum mee te geven en de course inactive te maken. FB SOZ zal jaarlijks een query draaien op courses zonder einddatum en zal deze aan de betreffende faculteiten voorleggen met de vraag wat er met de courses moet gebeuren. De cursusomgeving a) kan in de huidige vorm blijven bestaan, b) moet een nieuwe versie voor het nieuwe college/academisch jaar krijgen, of c) moet verwijderd worden.
   5. Alleen gebruikers met ULCN inloggegevens kunnen worden toegevoegd.

In zijn algemeenheid kan worden gesteld dat het hoofdcriterium om een cursus in Brightspace op te nemen is of de informatie/leermaterialen in de  cursus wordt aangeboden voor het geven van onderwijs.  

Er dient wel rekening mee te worden gehouden dat Brightspace volledig is ingericht en opgezet voor regulier onderwijs. Dus voor bachelor en master studenten en hun docenten. De wijze waarop studenten en docenten inloggen via ULCN is ook hierop gebaseerd. Dit vertaalt zich in Brightspace in zaken als de landingspagina, inrichting van courses, de navigatiebalk en beschikbare tools. Het beschikbaar stellen van Brightspace voor andere doelgroepen is daarom niet altijd een goed idee.

Onderstaande principe uitspraken verbijzonderen dit nog verder:

De detailanalyses, die zijn gebaseerd op de door de faculteiten aangeleverde lijsten met uitzonderingscourses in Blackboard aangevuld met nieuwe vragen (zoals tutoraten), zijn opgenomen in de navolgende drie tabellen. Als eerste die ‘non-onderwijs’ courses waarvoor het, gezien de uitgangspunten, toegestaan is om ze op te nemen in Brightspace.  Daarna de non-courses die onder voorwaarden zijn toegestaan en ls laatste een lijst met voorbeelden die niet in Brightspae thuishoren. Alternatieven worden daarbij in de meeste gevallen aangegeven.